Okt. 2022 - Naar een meer klimaatgerichte hemelwaterverordening
Wat verandert er?
- Een uitgebreider toepassingsgebied: De vernieuwde verordening wordt ook van toepassing op het openbaar domein (bv. weg- of rioolinfrastructuur), bij ingrijpende renovaties (verbouwingen met stabiliteitswerken) en op kleinere constructies. Ook de ondergrens van 40 m² verdwijnt. Vandaag moeten enkel op te richten gebouwen of constructies of aan te leggen verhardingen groter dan 40 m² aan de verordening voldoen.
- Hogere minimale volumes voor hemelwaterputten: Bij nieuwbouw of herbouw van eengezinswoningen worden de minimale volumes voor hemelwaterputten gekoppeld aan de horizontale dakoppervlaktes. Een woning met een horizontale dakoppervlakte van 130 m² zal in de toekomst over een put van 10.000 liter moeten beschikken in plaats van 5.000 liter. Het opgevangen hemelwater moet ook maximaal gebruikt worden voor toepassingen waarvoor geen drinkwaterkwaliteit nodig is, zoals toilet, wasmachine en buitengebruik.
- Hemelwaterput bij renovatie: De plaatsing van een hemelwaterput wordt ook opgelegd bij een verbouwing met werken aan de waterafvoer.
- Grotere buffervolumes en infiltratieoppervlaktes voor infiltratievoorzieningen: De perceelsoppervlakte vanaf wanneer infiltratievoorzieningen moeten aangelegd worden, wordt gevoelig verkleind van 250 m² naar 80 m². De minimale infiltratieoppervlakte wordt verdubbeld van 4% naar 8%. Het minimaal buffervolume gaat van 25 l/m² naar 33 l/m². Bovengrondse infiltratievoorzieningen zijn de norm. Deze hebben immers extra voordelen naar onderhoud, het vermijden van dichtslibbing, controle op verkeerde aansluitingen, groenblauwe inrichting,…
- Grotere buffervolumes voor grote verharde oppervlakten waar om technische redenen geen infiltratievoorziening mogelijk is: Kan bij constructies groter dan 1.000 m² geen infiltratievoorziening aangelegd worden, dan is de plaatsing van een buffervoorziening verplicht.
- Mogelijkheden voor collectieve oplossingen verduidelijkt: Een groepering van de bepalingen rond collectieve voorzieningen moet meer duidelijkheid brengen in de mogelijkheden. Voor collectieve voorzieningen is geen verkavelingsvergunning nodig en ook collectief hemelwatergebruik wordt mogelijk gemaakt. Zo komen er meer mogelijkheden voor samenwerkingen over perceelsgrenzen heen of tussen publieke en private actoren. Een grote verharde parking kan bijvoorbeeld een waterbron worden voor een naastgelegen bedrijf.
Van CIW-voorstel naar nieuwe verordening
Vooraleer de verordening definitief is, zijn nog een aantal stappen te zetten. In september werd een openbaar onderzoek over het ontwerp georganiseerd en ook advies ingewonnen van de SARO, de Minaraad en de SERV. Vervolgens was er overleg met vertegenwoordigers van de gemeenten en provincies (via de VVSG en de VVP).
Binnen de CIW zal een nieuwe projectgroep van start gaan die de verdere omkadering zal uitwerken, waaronder de actualisatie van het technisch achtergronddocument bij de GSV en de communicatie over de vernieuwde GSV.