Wateroverlast
Het overstromingsrisico vanuit de Bosbeek en de Witbeek in o.a. centrum Neeroeteren en thv de Slagmolen in Oudsbergen moet verder afnemen. Maatregelen op basis van preventie, paraatheid en bescherming komen deze planperiode tot uitvoer. Belangrijk is dat waterberging en structuurverbetering hier hand in hand gaan, zodat naast maatschappelijke baten er ook ecologische baten zijn.
Samen werken aan wateroverlast
Er wordt ingezet op verschillende stappen om het overstromingsrisico terug te dringen. Regenwater in de bodem laten dringen is de eerste stap tegen wateroverlast. De bronmaatregelen die infiltratie bevorderen om waterschaarste tegen te gaan, helpen eveneens om minder snel water af te voeren naar lager gelegen gebieden (zie thema watertekort). De rioleringsprojecten met gescheiden stelsel dragen bij tot minder snelle waterafvoer naar de valleien (zie thema waterkwaliteit).
Met een aangepast en gericht waterloopbeheer wordt water langer in de valleien gehouden waar dit kan, zodat hier op een natuurlijk manier grote volumes kunnen geborgen worden (actie 38), Bij bebouwing geldt een ander verhaal en is een goed onderhoud ifv waterdoorvoer onontbeerlijk. Opstuwende obstakels (bv molenstuwen) worden verwijderd of omzeild (actie 22, actie 29, actie 30). Slibruimingen worden gericht uitgevoerd en oeverhoogtes worden hersteld (actie 31). Een structurele oplossing wordt gezocht voor de instabiele dijken van de kunstmatig hoog gelegen Bosbeek thv Tösch-Langeren (actie 33). De debietsverdeling tussen Witbeek en Bosbeek wordt verder afgesteld en finaal wordt gekeken naar een gecontroleerde noodberging stroomopwaarts van het centrum van Neeroeteren (actie 28). Hemelwater- en droogteplannen worden opgemaakt om een gemeentelijke lange termijnvisie te ontwikkelen voor omgang met hemelwater (actie 34).