Vraag 6
Momenteel zijn in het Compendium voor Monsterneming en Analyse (CMA) enkel manuele technieken voor de monstername van specie opgenomen, beperkt tot een boordiepte van 2 m en een waterdiepte van 5 m. Het CMA is echter een dynamisch document en bijgevolg zijn aanvullingen steeds mogelijk.
Wanneer er andere dan de in het CMA vermelde methodes toegepast worden of wanneer er afgeweken wordt van de in het CMA beschreven methodes, moet in het monsternemingsverslag gemotiveerd worden waarom afgeweken wordt en moet duidelijk en volledig uitgeschreven worden hoe het monster genomen en behandeld werd. Dit monsternemingsverslag wordt bij de aanvraag voor een grondstofverklaring gevoegd.
De gevraagde motivatie is in de eerste plaats bedoeld om de monsternemer erop attent te maken dat het CMA de te gebruiken standaard is en te verplichten om aan te geven waarom de CMA-methode niet kon toegepast worden. Het is niet de bedoeling om hiermee technieken die niet opgenomen zijn in het CMA uit te sluiten (bv. machinale technieken).
Door het VITO wordt bekeken of ook machinale technieken kunnen opgenomen worden in het CMA.